Een natuurreservaat van 260 ha groot, dat bestaat uit duinen, meren, moerassen en schorren. De naam “Marquenterre” komt van “mer qui entre en terre”. Meer dan 300 vogelsoorten zijn hier het ganse jaar te zien. Afhankelijk van het seizoen zijn er andere soorten te zien. De ingang is via het bezoekerscentrum, waar je een verrekijker kan huren. Je kan kiezen uit 3 parcours: een rode van 2 km, een blauwe van 4 km en een groene van 6 km. De wandelpaden zijn mooi aangelegd en lopen meestal tussen hoge begroeing zodat de vogels nergens gestoord worden.
Uitstekende landpunt die tot de gemeente Cayeux behoort. De landtong bestaat uit keien. Voor de kust zijn er zandbanken waar bij laagwater een kolonie zeehonden te zien is. Bij hoogwater zwemmen deze zeehonden de baai in en zijn zo te zien in Le Crotoy en Saint-Valery-sur-Somme. Wij hebben in Saint-Valery zelf een zeehond gezien bijna ter hoogte van het bureau van toerisme. In Le Hourdel staat een vuurtoren. Parkings zijn er aan de haven en voorbij de vuurtoren. Beide zijn te betalen. Op de landtong kan je wandelen maar erg gemakkelijk loopt dit niet.
Ligt tussen Saint-Valery en Le Hourdel. Te voet te bereiken vanuit Saint-Valery. De Quai blijven volgen, voorbij de oriëntatietafel aan de kano club. Voorbij de afslag van de Chapelle nog enkele km de loop van de Somme volgen. Van af Cap Hornu heb je een mooi uitzicht over de baai en de près salés weiden.
Om terug te gaan kun je de Serpentineweg nemen naar de Chapelle des Marins en zo terug naar de oude stad. Een wandeling van ongeveer 6 km.
Een charmant plaatsje aan de monding van de Somme rechttegenover Saint-Valery-sur-Somme. In de 17e eeuw was het één van de belangrijkste havens aan de zee. Er woonden toen vooral vissers, die de zee opgingen in “seutréliers” omdat ze vooral op garnaal (seutrèle), tong en tarbot visten. Le Crotoy heeft een groot wit strand bij laagwater. In de haven liggen nu vooral plezierboten. Parkeren is overal te betalen maar er is parkeerplaats genoeg. Hier komt ook de stoomtrein toe, die wagons uit de Belle Epoque tijd trekt.
Een middeleeuws kasteel uit de 15e eeuw met Picardische meubels uit de 15e, 16e en 17e eeuw, omgeven door een park van 10 ha. Het kasteel is enkel te bezoeken met een gids. In het park mag je vrij rondlopen mits betaling. Het wandelpad loopt rond het kasteel. Er zijn vele eeuwenoude Europese, Aziatische en Amerikaanse bomen. Er is een rozentuin met honderden soorten rozen en een tuin met geneeskrachtige planten.
Deze cisterciënzerabdij werd gesticht in de 12e eeuw. Het gebouw zoals het er nu staat dateert uit de 18e eeuw en is de enige intact gebleven cisterciënzer abdij in Frankrijk uit die eeuw. In de 12e en 13e eeuw verbleven hier rond de 100 monniken. Door de opeenvolgende oorlogen en plunderingen was het gebouw in de 17e eeuw nagenoeg volledig verwoest. De abdij werd opnieuw heropgebouwd, maar kleiner dan het oorspronkelijke grondplan. Er waren immers minder monniken en broeders.
Stad aan de Somme waar van alles te beleven valt en volgens velen is dit de mooiste stad aan de Somme.
Parkeren kun je op de parking in de Rue du Dr. Lommier. Er is echter een grote gratis parking (Parking des Corderies) in de Rue Saint-Pierre, op 10 minuten lopen van het centrum. Ideaal als je hier enkele dagen verblijft.
Vooreerst is er de benedenstad (nieuwe stad). Hier kun je een wandeling maken op de promenade langs de Somme (Quai Jeanne D’Arc, Quai de l’amiral Courbet, Quai Blavet en Quai Perrée). Je hebt een mooi overzicht over de baai en in de verte kun je Le Crotoy zien liggen.
Deze badplaats is gelegen naast Le Tréport, aan de monding van de Bresle. De Bresle is de natuurlijke grens tussen Picardië en Normandië. Mers-les-Bains heeft geen haven maar wel een lange dijk. Op deze dijk, Esplanada du Général Leclerck, is er plaats genoeg om te parkeren buiten het hoogseizoen. De ganse dijk kun je afwandelen, op regelmatige afstanden staan er banken om even te verpozen. Je hebt een mooi uitzicht op de kliffen.
Havenstad aan de monding van de Bresle. Parkeren kun je aan de haven, er zijn parkings maar deze zijn wel te betalen. De stad ligt aan de voet van steile krijtrotsen. Deze albasten kust strekt zich uit van Ault tot aan Le Havre. Het strand met keien en zand is een belangrijke troef voor het toerisme. Prachtig is de hoge rotskust van meer dan 100 m, die boven de stad uitsteekt. Le Tréport is verdeeld in een benedenstad en een bovenstad.
Stadje gebouwd op de krijtrotsen en met zicht op het kanaal. Ault heeft een grindstrand en bij laag water een strook zandstrand.
In het centrum kun je parkeren op de parking achter de kerk. L’église St-Pierre is een gotische kerk uit de 14e en 15e eeuw . Vlak naast de kerk staat een gedenkteken, van een bekende Franse beeldhouwer, met een staande soldaat ter herinnering aan de doden die gevallen zijn in de eerste wereldoorlog. Het bureau van toerisme vind je vlak achter de kerk.
Tussen Amiens en Doullens ligt Naours, een zeer klein dorpje. Maar hier bevindt zich een volledige stad onder de grond. Deze onderaardse stad (Cité Souterraine) werd reeds uitgegraven in de 3e eeuw en eerst gebruikt als steenmijn. Later werd het gebruikt als schuilplaats ( in het Picardisch « muches » genoemd) op verschillende momenten in de loop van de geschiedenis. Er zijn verschillende muches in Picardië maar geen enkele is zo uitgestrekt als deze in Naours. Bedoeling was de vijand in de waan te brengen dat het dorp verlaten was. Niet alleen burgers maar ook hele veestapels konden wekenlang in de grotten verblijven. Schoorstenen en luchtkokers waren goed gecamoufleerd.
Noyelles-sur-Mer is een kleine gemeente in Picardië. De enige bezienswaardigheid is het Chinees kerkhof (Cimetière Chinois) van Nolette. Het is het grootste Chinese kerkhof in Europa. Hier werden 842 Chinezen begraven die in de Eerste Wereldoorlog werkten voor het Britse leger. Het zijn graven van arbeiders en niet van soldaten. Tijdens de Eerste Wereldoorlog liet het Engels leger in China 12000 arbeiders rekruteren, er bestond hiervoor een verdrag tussen China en Groot-Brittannië, om in Frankrijk te komen werken in bezet Engels gebied. De eerste Chinezen kwamen aan in 1917. Deze Chinezen kwamen per schip aan in Le Havre en werden dan per trein naar Noyelles gebracht. Ze werden het Chinese labour corps genoemd.
Eu is een klein stadje, maar is de oudste stad van Normandië en heeft een rijke geschiedenis. Blikvanger is het Château-Musée. Parkeren kun je naast de kerk. Te voet is het dan nog slechts enkele honderden meters. Het kasteel dateert uit de 16e eeuw en was in de 19e eeuw de zomerresidentie van de laatste koning van Frankrijk, Louis-Philippe. Om het kasteel te bezoeken moet je inkom betalen aan het bureautje vóór de binnenkoer. In het kasteel krijg je een gedrukte rondleiding in het Nederlands mee.