In de 12e eeuw werd hier een nonnenklooster gebouwd, waarvan nu enkel nog een ruïne overblijft. In 1527 werd de abdij tijdens de reformatie in beslag genomen door de koning, maar de nonnen kregen toelating om hier te blijven wonen. Twee jaar later werd de abdij verwoest door een brand. Er werd geen toelating gegeven om de abdij weer op te bouwen. De nonnen verbleven dan bij gezinnen in de omgeving. De ruïne van de abdij diende daarna als steengroeve.
Gudhem (Gods huis) was één van de oudste kloosters van Zweden.
Vlakbij is er een abdijmuseum en een cafetaria. De ruïne geeft een idee over de grootte van het klooster. Gedurende de drie eeuwen dat het klooster bestond waren het eerst Benedictijnen en later Cisterciënzernonnen.