6 km van Gränna ligt Visingsö, het grootste eiland in het Vätternmeer. Omdat een eiland goed te verdedigen was, werd al in de 12e eeuw een burcht Slott Näs gebouwd aan de zuidelijke kant. Hier hebben verschillende Zweedse koningen hun verblijfplaats gehad. In de 16e eeuw werd aan de oostelijke oever een burcht gebouwd door een gravengeslacht, Visingsborg. Beide burchten hebben een belangrijke rol gespeeld in de Zweedse geschiedenis maar zijn nu nog enkel ruines.
In de 17e eeuw werden door de Zweedse marine eiken aangeplant en er waren plannen om later een houtfabriek te bouwen om genoeg eikenhout te hebben voor de scheepsbouw. Die bomen zijn echter nooit gebruikt en staan er nog altijd.
De overtocht vanuit Gränna duurt 25 minuten. Bij aankomst in de haven op Visingsö kun je kiezen: ofwel rij je met de auto rond, ofwel verken je het eiland te voet ofwel neem je een grote koets, getrokken door twee paarden voor een rondrit over het eiland. Eerst namen we de koets om het eiland te verkennen en hoewel wij slechts de enige passagiers waren, deed men toch de toer met ons. Twee koetsiers, twee passagiers en één grote, zwarte hond, die de toer blijkbaar al dikwijls gedaan had, want hij sliep de hele tijd. De tocht ging langs Visingsborg, Brahakyrkan met de klokkentoren en het eikenbos. Nadien hebben we nog een wandeling gemaakt. Aan de haven is er een bureau voor toerisme.
