Deze stad was in de 12e eeuw de hoofdstad van Noorwegen onder Sigurd I van Noorwegen. Na de Vrede van Roskilde werd het in de 17e eeuw terug Zweeds grondgebied. Het 700 jaar oude Bohus fästning is Scandinavisch erfgoed. In dit fort trouwde in de 14e eeuw koningin Blanche met koning Magnus Eriksson. Deze burcht werd 14 maal belegerd zowel door Deense, Noorse als Zweedse troepen maar werd nooit veroverd.
De zwaarste belegering vond plaats in de 17e eeuw toen 15.000 Denen en Noren de burcht gedurende twee maanden belegerden. De Zweden hielden stand en overwonnen, maar het fort was zwaar beschadigd.
Het diende dan nog enige tijd als gevangenis. De bekendste gevangene hier was Thomas Leopold, een martelaar van de piëtismebeweging, die 42 jaar gevangen zat voor zijn overtuiging, waarvan 32 jaar in Bohus fästning. De burcht is al twee eeuwen een ruïne. In 1789 besliste de koning dat het fort mocht afgebroken worden omdat het niet meer paste in de verdedigingsstrategie van het land. De stad Kungälv gebruikte veel stenen uit de ruïne om er gebouwen en muren in de stad mee op te trekken. De volgende koning besliste begin 19e eeuw dat de afbraak moest stopgezet worden en dat de burcht moest gerestaureerd worden.