Dit eiland voor de kust van Orust is één van de oudste vissersdorpen van Zweedse westkust. Hier ontstond de eerste visconservenfabriek. Eigenlijk bestaat het uit twee eilanden: Gullholmen (het kleinste) en Stora Härmanö (het grootste).
Parkeren doe je in Tuvesvik in Ellös. De parkeerplaatsen voor inwoners en eigenaars van een vakantiehuis liggen tussen de rotsen, het dichts bij de aanlegsteiger. Bezoekers moeten enkele honderden meters verder parkeren en betalen kan enkel met betaalkaarten.
De veerboot brengt niet alleen de bezoekers naar het eiland maar ook de proviand voor de hotels, de post e.d.. Als de veerboot de haven van Gullholmen binnenvaart krijg je al een mooi voorsmaakje van het eiland.
Aan de haven is een supermarktje, waar je alles kan kopen voor een picknick. Deze haven is het centrum van het eiland: hier komt alles binnen en hier vertrekt alles weer.
Het dorp telt nu nog slechts een 150 inwoners, maar in de zomer is hier veel meer volk. Het is één van de dichtsbebouwde eilanden aan de westkust, de huizen staan hier niet alleen naast elkaar maar ook onder en boven elkaar. Veel van de oude huizen zijn bewaard gebleven en men kan goed het verschil zien tussen de kleine, eenvoudige vissershuisjes en de grote, statige kapiteinswoningen. Zoals op meer eilanden begint het zomerseizoen hier met midzomer. Wij zijn hier tweemaal geweest en elke keer enkele dagen voor midzomer, toen de voorbereidingen nog volop bezig waren. Grote drukte hebben wij dan ook niet gemerkt, integendeel wij konden rustig alle straatjes door slenteren en de tijd nemen om alles goed te bekijken.
Aan de haven net over de voetgangersbrug ligt het Skepparhuset Museum, een klein museum dat een beetje verborgen ligt. Hier woonde in de 19e eeuw Albert Arvidsson, een zeeman die als een der eersten op het einde van de 19e eeuw makreel verkocht aan de USA. Hij woonde hier met zijn vrouw en zijn zoon en dochter. Na zijn dood deden zijn kinderen, die nooit trouwden het werk verder. Toen de dochter in 1987 stierf stond in haar testament dat het huis nooit verkocht mocht worden of gebruikt worden als vakantiehuis, maar in deze staat moest blijven en een museum moest worden. Het huis heeft nog zijn originele meubels en inboedel. Daarnaast is er nog een hele verzameling zeemansbenodigheden zoals navigatiemiddelen uit zijn boten. Het museum bestaat uit drie huizen: het woonhuis, het boothuis en de plaats waar de zeilen gemaakt werden. Je moet wel betalen om het museum te bezichtigen en fotograferen is verboden.
Op het einde van de 18e eeuw kreeg het eiland toestemming om een kerk te bouwen maar ze hadden hier maar amper plaats voor, uiteindelijk vonden ze een plaats in de vallei van Härmanö. De bouw werd nogal amateuristisch uitgevoerd, de stenen basis van de kerk was breder dan de houten bovenbouw. In het begin van de 20e eeuw werd de kerk gerenoveerd.
Op dit eiland kan je gerust een hele dag door brengen voor je alle hoekjes en kantjes gezien hebt. Het eiland is heuvelachtig, de nauwe straatjes bestaan soms enkel maar uit trappen. Steeds weer word je verrast door de mooie namen van de huizen, de kleine mooie tuintjes,de prachtige decoraties aan de gevel of achter vensters of door de kleine of grote aanlegsteigers. Er staan zowel kleine eenvoudige vissershuisjes als grote kapiteinswoningen met houtsnijwerk. De reden waarom hier zoveel huizen staan is omdat Gullholmen eigendom was van de staat. Iedereen die hier wilde bouwen stak een paar stokken in de grond waar zijn huis moest komen. Kwam er van niemand protest dan kon je na enkele weken beginnen bouwen.
Op het hoogste punt van het eiland staat een ladder, deze staat hier niet zomaar. Deze ladder was een uitkijkpost vanwaar het weer kon geobserveerd worden. Deze ladders kwamen op meer plaatsen aan de westkust voor. Volg de pijlen naar Lotsutkiken. Om veiligheidsredenen zijn de onderste sporten van de ladder verwijderd zodat er niemand op kan klimmen. Ook hier een mooi uitzicht over de zee. Op Härmanö is enkel wat bebouwing aan de oostzijde, de rest van het eiland is een van de grootste natuurreservaten van Bohuslän.
Wij zijn hier nu tweemaal geweest en zullen nog wel eens teruggaan.