Het eiland,ter hoogte van Avranches, ligt 1 km van de kust en is te bereiken via een verhoogde weg. Bij vloed wordt dit eiland omringd door water. In 2011 kon je nog steeds met de auto tot aan de voet van de rots rijden en daar parkeren. Let op de borden met de uren van vloed, de parkings worden afgesloten bij vloed. Op het eiland bevindt zich een abdij, gebouwd rondom een rots. De abdij werd gesticht in 708 ter ere van de aartsengel Michael en was vanaf het begin een bedevaartsoord.
Vóór het jaar 1000 werd de preromaanse kerk opgericht.
De Romaanse abdijkerk werd in de 11e eeuw gebouwd rondom de spits van de rots, alsook de allereerste kloostergebouwen tegen de noordelijke muur. Lager werd een dorp gebouwd. In de 12e eeuw werden de westelijke en zuidelijke gebouwen uitgebreid. In de 13e eeuw werd het door een schenking van de Franse koning mogelijk het Wonder te bouwen: twee gebouwen van 4 verdiepingen bekroond door de kloostergang en de refter.
Tijdens de Honderdjarige Oorlog was het in de 14e eeuw nodig om militaire constructies te bouwen. Tot in de 18e eeuw werd aan de abdij gewerkt en ze is zelfs even een gevangenis geweest. De abdij is het ganse jaar door te bezoeken tegen betaling. Men krijgt een inzicht over het leven in de abdij gedurende 1000 jaar. Het uitzicht over de baai van op het plein voor de abdijkerk is adembenemend. Sommige gebouwen zijn niet te bezichtigen omdat ze bewoond worden door de Monastieke Broederschappen van Jeruzalem. Le Mont Saint-Michel en zijn baai staan sinds 1979 op de Unesco werelderfgoedlijst. De baai is enkel met een gids te verkennen, door de snelle opkomst van het water bij hoogtij is wandelen zonder kennis van de baai te gevaarlijk.
Er is maar één straat. Omdat hier elk jaar zo’n 3,5 miljoen bezoekers komen loop je hier nooit alleen, druk is het altijd. Je komt de stad binnen langs de Bavole poort, gebouwd in 1590, en gaat verder naar links de Hoofdwacht der Burgers (l’ancien Corps de Garde des Bourgeois) dat nu het toerisme bureau huisvest, en rechts de Michelettes, Engelse kanonnen. Dan komt de Boulevardpoort (la porte du Boulevard) en de Boulevard met zijn schietopeningen en kort hierop de Koningspoort met zijn ophaalbrug (la porte du Roy). Boven de Koningspoort is de Koninklijke Woning, tegenwoordig het stadhuis. Nu kom je in La Grande Rue met zijn vele winkels, restaurants en musea. Bekend is het restaurant van Mère Poulard. Er zijn mooie huizen zoals een vakwerkhuis met een hoog gewelf, een huis met ijzeren pinnen dat de straat overbrugt en het huis van de Zeemeermin. Na enkele honderden meters kom je aan de parochiekerk met onder meer een zilveren standbeeld van Saint-Michel, de koorafsluiting overspant de straat. Op het einde van de straat begint de trap van Grand Degré. Deze lange trap is slechts een voorspel van het Wonder dat boven ligt en waar je een mooi uitzicht hebt over de zanderige vlakte van de baai.